In september 2022 organiseerden we, naar aanleiding van het veertigjarig bestaan van MS-Liga Vlaanderen, een academische zitting in Leuven. Centraal thema was het verduidelijken van onze visie over de multidisciplinaire raadpleging (MDR) voor personen met MS in de Vlaamse ziekenhuizen. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Frank Vandenbroucke, was één van de genodigden. Hij was bijzonder verrast over de jarenlange professioneel uitgebouwde dienstverlening van onze sociale dienst (sinds 2009) en beloofde om in Brussel bevoegde mensen en diensten aan te spreken om te onderzoeken of de methodiek van multidisciplinaire raadpleging structurele overheidsmiddelen zou kunnen krijgen. Zo’n MDR bestaat immers al geruime tijd in binnen- en buitenland voor onder andere aangeboren vaatafwijkingen, depressies, psychosen, slikstoornissen, verschillende vormen van kankers, beroertes, chronische pijnen, ...
Pilootproject: casemanagement
Sinds juli 2023 participeren vier Vlaamse en vier Waalse patiëntenorganisaties, waaronder MS-Liga Vlaanderen, aan een RIZIV-conventie voor casemanagement, binnen een transversaal project. Vanaf 2024 zou het wel eens kunnen dat je - als lid van MS-Liga Vlaanderen - een casemanager tegen het lijf loopt. We nemen je graag mee terug naar de start van die project, waar het allemaal begon.
Wat voorafging...
Onze vraag was helder: kan de overheid voorzien in een financiële tussenkomst? Want zowel MS-verpleegkundigen van de betrokken ziekenhuizen als onze maatschappelijk werkers worden binnen de werking van de MDR niet structureel gefinancierd. Dit betekent dat de neurologen en ziekenhuizen zélf op zoek moeten gaan naar middelen om de MS-verpleegkundigen hun werk te laten doen en dat MS-Liga Vlaanderen haar maatschappelijk werkers enkel kan betalen via de giften en fondsen die zij ontvangt.

Een transversaal project via het RIZIV
In het voorjaar 2023 volgden enkele gesprekken met de bevoegde diensten. Dit resulteerde in een aanbod vanuit het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV) om als patiëntenorganisatie een aantal casemanagers aan te werven. In eerste instantie was er teleurstelling omdat dit aanbod geen antwoord gaf op onze vraag naar tegemoetkoming voor MDR, maar na beraad zijn we wel ingegaan op de uitgestoken hand. We zijn er immers van overtuigd dat de introductie van deze nieuwe functie een belangrijke bijkomende ondersteuning kan betekenen in het zorgtraject van vele personen met MS.
Het creëren van de (nieuwe) functie van casemanager situeert zich binnen het Interfederaal Plan Geïntegreerde Zorg. Dit plan heeft als doel om alle gezondheidsdiensten in het land zo te organiseren dat personen met een zorg- of ondersteuningsnood (PZON) zorgcontinuïteit ervaren in de gehele zorgverlening (preventie, diagnosestelling, behandeling, herstel en revalidatie). Dit betekent dat alle actoren in het zorg- en welzijnslandschap (zorgverleners, hulpverleners en de omgeving van de PZON) betrokken moeten worden in het zorgproces, waarbij de PZON helemaal centraal moet staan.
In dit Interfederaal Plan zijn een aantal pilootprojecten voor geïntegreerde zorg voor mensen met een chronische aandoening opgenomen en wordt onder andere bekeken (over een periode van alvast drie jaar) hoe casemanagers de samenwerking tussen alle betrokken zorg- en hulpverleners kunnen bevorderen en hoe die samenwerking beter afgestemd kan worden op de noden van de PZON (= verbetering van de levenskwaliteit en meer zelfcontrole over het zorgtraject).
Eén van die transversale projecten is opgericht om casemanagement te introduceren in de zorgtrajecten van personen met MS, de ziekte van Parkinson, de ziekte van Huntington en ALS, en dit zowel in Vlaanderen, Wallonië als Brussel. Het is een transversaal project waarbij het de bedoeling is om allerlei dwarsverbindingen te creëren waardoor de eerstelijnszorg (thuiszorg) en de tweede- en derdelijnszorg (algemene en universitaire ziekenhuizen) niet enkel binnen hun ‘eigen domein’ ondersteuning bieden aan de PZON, maar vooral gaan samenwerken. Hierdoor zullen zij beter met elkaar (én de PZON) communiceren en samenwerken zodat de PZON daadwerkelijk voelt dat er makkelijker, sneller en gerichter acties ondernomen worden om de vele moeilijkheden die zich kunnen voordoen, aan te pakken. Ondersteuning betekent immers niet enkel een goede medisch-therapeutische behandeling, maar ook aandacht voor andere levensdomeinen zoals het sociaal leven, tewerkstelling, mentaal welbevinden, …
Bij de diagnose van een chronische aandoening pakken zorg- en hulpverleners bepaalde symptomen wel aan, maar die symptomen kunnen op hun beurt ook weer een negatieve impact hebben op de verschillende levensdomeinen, waarvoor er mogelijk bijkomende hulp moet gevonden worden. Daar situeert zich de opdracht van de casemanagers.